Kwartet Winter

40 kaarten, 10 pagina's

10 kwartetten:
1.  het weer: het vriest – koud – het sneeuwt – ijs
2.  kleding: jas – muts – want – trui
3.  vogels voeren: ik voer – huisje – vetbol – pinda
4.  welke vogel: mus – mees – roodborst – duif
5.  ik speel: ik slee – ik gooi – ik rol – ik schep
6.  sneeuwpop: bal – hoed – neus – knoop
7.  op het ijs: glad – wak – schaats – ijsbaan
8.  wintersport: piste – ski – stok – lift
9.  maanden: december – januari – februari – maart
10. feesten: Kerstmis – oud en nieuw – Driekoningen – Valentijnsdag